Zoenen staat niet in Koenen

1971
We zijn straalverliefd.
Ik ga mee naar zijn ouders, verlegen en zenuwachtig.
Een volle kamer, gepraat, gelach, een warm welkom.
Gelukkig.
Iemand komt binnen, komt naar me toe, stelt zich voor, monstert me van top tot teen, buigt zich naar me toe.
Ik verwacht de obligate drie kussen op de wang maar hij zoent me, vol op mijn mond.
Grijnst, zegt ‘dat heeft broer goed gedaan deze keer.’
Draait zich om, vertrekt.
Ik sta verstijfd, doe niets, zeg niets.
Pas veel later denk ik dat iedereen dit toch gezien moet hebben?
 
1998
We zijn vijfentwintig jaar getrouwd en vieren dat op Samos.
Op de laatste avond eten we bij het strandtentje waar we al eerder waren.
Na het eten loopt man naar de kassa om af te rekenen.
De ober ruimt de tafel af, we babbelen gezellig, net als de vorige keren.
Als hij begrijpt wat we vieren, lacht hij, steekt zijn hand uit.
Ik denk om de mijne te schudden en steek mijn hand uit.
Hij pakt hem, trekt me overeind, zoent me, vol op de mond, ‘Congratulations.’
Ik ruk me los, deins achteruit, pak mijn tasje en loop het restaurant uit, waar man zich even later verbaasd bij me voegt.
Ik vertel wat er gebeurde, hou hem tegen als hij naar binnen wil om verhaal te halen.
Sus: laat maar, we gaan hier echt nooit meer komen.

 

2005
De eerste bijeenkomst van de supervisoren intervisiegroep is bij mij thuis.
De meesten ken ik, de nieuwe heet ik van harte welkom.
‘Fijne ontvangst’ zegt hij en buigt zich naar me toe.
Vlak voor hij me op de mond wil zoenen, deins ik terug, zeg ijzig: ‘pardon?’
Hij lacht en sust: ‘Ach, een kusje, dat is toch niet erg?’
Ik maak me breed en herhaal: ‘PÀRDÒN?’
Het is voldoende.
Ah, nou snap ik het, zo doe je dat dus.

 

2007
Mijn collega en ik volgen een serie landelijke tweedaagse trainingen voor coördinatoren in de terminale zorg.
De thema’s verschillen per keer: over publiciteit, beleid, selectie, training en begeleiding van vrijwilligers.
Gaandeweg groeit de groep naar elkaar toe, er wordt veel uitgewisseld, ’s avonds is het gezellig en wordt het laat.
Het afscheid na afloop van de laatste training is hartelijk en warm, er wordt geknuffeld, hier en daar vloeit een traan.
Een van de collega’s pakt mij stevig vast, en zoent me, vol op de mond.
Als ik terugdeins, grijnst ze en knipoogt.
In de auto terug vraag ik mijn collega hoe deze vrouw afscheid nam van haar.
Mijn collega is kort: ‘Nou gewoon, een knuffel, hoezo?’
Ik vertel wat mij overkwam.
‘Wat? Plat op de bek? Da’s niet normaal hoor. Volgens mij heb je sjans.’
Verbijsterd ben ik, omdat ik aan die optie niet eens heb gedacht maar vooral omdat dit, toch weer, gebeurd is.

 

Waarom en waarom nu, haal ik deze herinneringen op?
Natuurlijk hebben maatschappelijke ontwikkelingen rond ongewenste intimiteiten hiermee te maken.
In december las ik het zoveelste artikel hierover, de kop was:
‘Voor ik het doorheb, geeft hij me een natte, kleverige zoen vol op mijn mond. Ik verstijf.’
Mijn eerste reactie is: oh, ik ben niet de enige.
Weer vraag ik me af: waarom liet ik dit gebeuren, zelfs, vooral, toen ik ouder, wijzer en vooral veel assertiever was?
Ik heb geen antwoorden, besef door deze ervaringen wel het verschil tussen enerzijds en wederzijds knuffelen, omhelzen, wangkussen.
En anderzijds en níét wederzijds zoenen op de mond.
Jaap Fischer zong het zo:

 

Liefde is minnen
En samenzijn
Iets nieuws beginnen, mijn is dijn
Warm van binnen
Verlegenheid, samen in zee, geen ach, geen wee
Maar hola nee, genegenheid
En liefde is niet houden van
Je kan van zoveel vrouwen houwen
Je kan met zoveel vrouwen trouwen
Als je er wat in ziet
Maar liefde is dat niet
Je houdt van kip met appelmoes
En toen knikte de prinses, want ze hield ontzettend veel
Van kip met appelmoes
En toen had de geleerde het over Amor en Caritas
En wat het verschil daartussen was
Over Agapè, Eros en Filia
Over een diner voor twee met dansen na
En de prinses was stil en zo luisterde ze
En toen ze wat mocht vragen fluisterde ze
En zoenen?
Zoenen staat niet in Koenen, zei de geleerde
En ging

 

 
uit ‘Sprookje’
12-3-2023
 

CorAaltjes Opties en Zinloos sprookje

In de tweede ronde van onze dichtsessie op 4-3-2023, prikten we deze vijf woorden: Opties, Altijd, Verkopen, Bereiken, Drama.

 

Dit maakte Aaltje met deze woorden:

 

Opties

 

 
opties kan ik bereiken en
altijd verkopen als ik wil
maar het moet niet
op een drama uitlopen.

 

En bij mij rolde deze eruit

 

Zinloos sprookje

 

Hou je opties altijd open
als je wilt kan je
alles bereiken
de wereld wacht op jou

 

Wensen die we als
waarheid verkopen:
zinloos sprookje
waardeloos drama

 

Mijn kleinzoon wil rennen  
ik laat me niet kennen
samen draven we
naar de Ardennen
de weg is recht de weg is krom
Nooit komen wij weerom

 

7-3-2023

CorAaltjes Bereid – Manuscript

Aaltje en ik deden weer een dichtsessie. We kozen vijf willekeurige woorden en verwerkten die in een gedicht.
Dit waren de woorden in de eerste ronde: Derden, Manuscript, Wereldwijd, Algemeen, Bereid.

 

Dit maakte Aaltje met deze woorden:

 

Bereid
 
dat derden
mijn manuscript
‘het verzet’
wereldwijd
bekend
mogen maken,
en mij
als bijzonder in zijn algemeenheid:
daartoe ben ik volledig bereid.

 

(noot en leestip: Aaltjes nieuwe boek ‘Het verzet’ komt bijna uit, het is prachtig!)

 

Zo verwerkte ik de vijf woorden:

 

Manuscript

 

voor me op tafel die slordige stapel papier
verkreukeld door te vaak aarzelend openen
en even later beschaamd dicht slaan

 

dagen al blader ik door dit verhaal over gemiste
kansen in het algemeen en over vervlogen
dromen in het bijzonder. Weer dwalen mijn ogen

 

langs hoofdstukken die de werkelijkheid omzeilen en
haperen bij alinea’s die de waarheid raken en juist
die maken dat deze berg bladzijden ongelezen blijft

 

want ik ben nog niet klaar voor vragen van derden
nog niet bereid tot verspreiding wereldwijd

 

 

5-3-2023

Afhankelijkheid

Inspiratie: het Woord van de Week in de Facebook schrijfgroep Ultrakorte Verhalen

 

Zijn getergde kreet doet haar rennen naar de slaapkamer: het beddengoed is nat, op de grond loopt het urinaal verder leeg.
Het is zijn verslagen blik die haar ogen vol doet schieten.
Haar hart verkrampt.
Hij vloekt.
Sussend helpt ze hem overeind en naar de douche: ‘Dit komt door de bijwerkingen van de chemo, het ligt niet aan jou, echt niet.’
Terwijl hij doucht, opent ze het raam, verschoont zijn bed, dweilt de vloer, zet koffie.
Als hij de kamer in wankelt, helpt ze hem in bed, stopt hem in, streelt zijn eens zo sterke handen.
Hij zucht.
Zwijgend drinken ze koffie.

 

28-2-2023

Een ingekorte versie van dit verhaal is op 3-3-2023 door Schrijven Online in de schijnwerpers gezet als een van de vijf opvallendste ultrakorte verhalen van de week in de Facebookgroep Ultrakorte verhalen

Verloren

Mijn zesdehands fiets.
Ik was negen en mijn fiets kwijt.
‘Waar heb je hem voor het laatst gebruikt?’, een logische vraag van korzelige ouders.
Ik wist het niet.
Een week lopen later, liep ik naar de bibliotheek.
Daar stond hij, niet op slot, tegen de muur.
En o ja, toen wist ik het weer: ik was zo blij met mijn nieuwe portie leesvoer dat ik de week daarvoor lezend naar huis liep, totaal verdiept in een andere wereld.

 

Maatje 38, voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij.

 

Kinderlijke onbevangenheid.
Kijkend naar kleinzoon Louk, zie ik dat hij behoudt wat wij in de loop van de tijd bijna altijd verliezen: het vermogen om volledig en zonder vragen in het hier en nu te zijn.

 

De slappe lach, maar misschien, als ik heel diep graaf, zit die nog wel ergens.

 

De mens voor wie ik de belangrijkste mens was.

 

Gelukkig is er ook een lijstje: Gevonden.
Maar dat is nog niet af, en hoera, dat is nu al aanzienlijk langer dan het lijstje Verloren.

 

 

2016

Spinsels

Frêle draden vangen winterzon, lokken
de buit naar waar de spin wacht, verward in
een web zonder nooduitgang, weerloze
mummies zonder recht op weerwoord
verstikt tot smakelijke hapjes. Proef je

 

de voldoening van een prooi vangen, voeding
voor een hongerig leven, voor een broze
ziel? Kost die ik vergaar in lentegeur en
herfststorm in hoge kinderstemmen en in de grijze
stilte bij graven waar zon, waar spijs, waar dierbaren.

 

Ook ik bouw een web van warmte, schuilplaats
huilplaats, waar mondkost is, waar wordt gefluisterd
en geluisterd, vergeten en opgeleefd waar wereldse
wanhoop en aardse wartaal buiten blijven, waar
geluk huist als leeftocht in zinnen en woorden.

 

 

oktober 2022

Treden

Ik loop de gang in om boven wat te pakken.
Stop onderaan de trap.
Wat ook weer?
Zuchtend zijg ik neer op de vierde tree.
Staar naar mijn voeten op de onderste tree.
Peins.
Koud is het hier.
En stil.
Niemand roetsjt half aangekleed naar beneden, gehaast want verslapen.
Niemand neemt de trap met drie treden tegelijk om een vergeten leerboek te pakken.
Niemand roept van boven: waar ligt …?
Niemand zit halverwege de trap, baken en obstakel, verdiept in ‘In de ban van de ring.’
Toch, ik hoor ze, voel ze, groet ze.
Zit nog even.

 

Tot ik me herinner wat ik boven moet halen: een schroevendraaier.

 

 

9-2-2023

Spannend spel

In de tweede ronde van de dichtsessie met Aaltje vorige week, plukten we deze vijf willekeurige woorden uit ‘Geheime kamers’ van Jeroen Brouwers en verwerkten die in een gedicht, een CorAaltje:
Schoppen, Water, Nagel, Plaatjes, Spannend.

 

Dit werd het bij Aaltje:

 

Spannend spel

 

met water schoppen
glinsterblinkend in de zon
als ik met mijn nagelgaatjes
toch eens plaatjes vullen kon
maar met blinkend flitsgeschitter
duizend druppels helder licht
slippen al mijn holtes dicht

 

waterfeest bij de fontein
snaterwater vol geklater
als ik met mijn vingertjes eens
alle gaatjes vullen kon met brein
praatjes heb ik dat is waar
maar het water is zo klaar
en mijn hoofd is veel te klein

 

nagels om je gat te krabben
als ik die heb ben ik rijk
sta ik nooit met al mijn kwabben
bloot of met mijn gat te kijk
glans van druppels flitsgeflonker
van het grote ongelijk ben
jij het licht en ik het donker.

 

Dit rolde er bij mij uit:

 

Gesnapt

 

Hoe je op school doelloos
ronddraaide op je stoel tot
de bel ging en je stampend door diepe
waterplassen naar huis holde, je
zusje van je kamer schopte, ze
lachte, toen zenuwachtig onder
je matras
zocht
en zocht
en zocht
vergeefs
weg waren die spannende plaatjes

 

Hoe je nagelbijtend wachtte
op het onafwendbare

 

25-2-2023

 

 

Kruis

Ze ploft neer: ‘Hèhè, effe alleen ik.’
De wallen en voren in haar gezicht ogen dieper dan ik me herinner.

 

Boven onze cappuccino’s loopt ze af: ‘Weet je, ik vind het niet erg, die medische molen, dat ik hem bij alles moet helpen, dat ik zijn geheugen en zijn agenda ben geworden. Hem steeds afleiden als hij naar zijn moeder wil die al lang dood is. Het hoort erbij, in voor- en tegenspoed weet je wel.’

 

Ze zucht: ‘Soms zoende hij me even stiekem tussendoor, hier, achter mijn oor, dan fluisterde hij: wij samen hè? Dat mis ik zo.’

 

 

23-1-2023
Inspiratie voor dit fictieverhaal: het Woord van de Week in de Facebookgroep Ultrakorte Verhalen: Kruis

RIP Leonidas

Brosrepen in de gangkast
Koetjesrepen van oma
Leonidas

 

Delicata walnoot melk in Utrecht
Cadbury melk hazelnoot bij de V&D in Zeist
Leonidas

 

Toblerone in een tent in Oostenrijk
Fruits de mer bij La Place
Leonidas

 

Godiva oublies bij een cursus
Milka blokjes tijdens de rondvraag
Leonidas

 

Merci met een strikje voor een verjaardag
Australian chocolate onder de Kerstboom
Leonidas

 

RIP: Manon café, Lingot vanille
Gianduja buche, Carré krokant
Noisette masquée, Ganache

 

28-1-2023