In de tweede ronde van onze decemberdichtsessie waren dit de vijf woorden die verwerkt moesten worden:
Donker, Mens, Zien, Verdragen, Snijdend
Dit is Aaltjes gedicht:
Zonder titel
Snijdend als de wind, rijt het
geweld, al wat heel is, uiteen.
Geen mens die Kerstdagen
in dit donker verdragen kan.
Zo zien we het teveel
aan menselijk tekort.
Hun vreemdsoortige liefde
in groene naaldige bomen
als granaten opgehangen.
En dit rolde er bij mij uit:
Doorzien
Gade te slaan hoe de westerse mens zich
manifesteert: als toornige tiran, betweter op
vermeend eigen terrein die andersdenkenden
snijdend de mond snoert en de weg verspert
Dit te zien in deze donkere dagen
het is haast niet te verdragen