Ik ben hier al dagen maar pas toen ze vandaag het keukengordijn opentrok, zag ze me, waarschijnlijk omdat de vroege ochtendzon de fijne dauwdruppeltjes op mijn rag deed glinsteren.
Voor het eerst gezien worden is spannend, dan staan mijn leven en mijn levenswerk op het spel.
Daarom stond ik voor de zekerheid in de startblokken want vindt ze me eng of vies, dan vermorzelt ze me meteen.
Je hebt nou eenmaal van die angsthazen, raar wel want er is immers geen diersoort zo vies en eng als zijzelf?
Maar gelukkig, dit exemplaar liep niet zo hard van stapel, ze glimlachte zelfs en maakte foto’s van mij in mijn web.
Toen ze weg was, ging ik weer aan de slag want dat is mijn leven: een perpetuum mobile: ik bouw mijn web, vang mijn voedsel, eet het op, vroeg of laat wordt mijn web vernietigd en dan begin ik weer opnieuw.
Een prachtexemplaar wordt dit, al zeg ik het zelf, links stevig verankerd aan het raamkozijn en rechts verknoopt met de clematis.
Ik ben hier graag, het is uit de wind, vogels komen niet zo dicht bij het huis, ik geniet van de ochtendzon en er is voldoende eten.
En zij, ze laat me met rust, een tijd lang tenminste.
Tegen de tijd dat ik haar zie fronsen, weet ik hoe laat het is, laat ik mijn web achter en maak dat ik wegkom.
Maar dat is van later zorg, vooralsnog heeft ze geen idee hoeveel gemak ze van me heeft, hoeveel vliegen en muggen ik al weggehouden heb van haar keukendeur.
Soms staat ze zo maar een tijd te kijken naar me.
Daar word ik een beetje verlegen van maar ik denk dat ze het goed bedoelt, ze kijkt alsof ze tegen me praat of verhalen verzint.
Ha, het herfstzonnetje breekt door, even uitrusten en opwarmen.
Als ik een poes was zou ik spinnen.