Tovertaal

Hij heeft geen weet van zijn dwarse DNA dat
woorden onbegrijpelijk maakt, vraagt nooit waarom,
componeert zijn dag rond de klank van mijn stem, de stand
van mijn mond, de lach in mijn ogen, feilloos leest hij

 

mijn rimpels, hakt een wak in mijn woorden, vult het met
vrijheid, ‘mag niet’ wordt een spannend spel, bij poepen hoort
Berend Botje, hij zwaait naar tijgers in mijn tuin, doet alle lampen
aan, danst in een zonlichtbaan, schatert om zijn schaduw op de wand

 

hij leeft langs de pandemie, kent geen quarantaine, geen
afstand, plant kusjes op mijn kruin als ik zijn veters strik, we
kijken hoeveel kietels passen op zijn rug en zoenen
de autoruit tussen onze handen en monden

 

voor hem geen woorden, geen zorgen,
geen gisteren
geen morgen

 

 

12-4-2020
Resultaat van de schrijfopdracht ‘Wat is taal? in het kader van de poëzie les over Hester Knibbe. Dit gedicht kwam door de eerste ronde van de landelijke dichtwedstrijd ‘Prijs de Poëzie’ en kreeg de volgende feedback: 
  • Ontroerend en lieflijk gedicht, de tegenstelling tussen de zorgeloosheid van de jongen en de zorgen van de ouders om de jongen wordt heel invoelbaar gemaakt. Ik vond het wel jammer dat je alles uitlegt en al in de eerste regel het ‘dwarse DNA’ noemt, je laat daarmee weinig ruimte voor de lezer om zelf iets in te vullen. Je zou misschien eens kunnen proberen wat er met de spanningsopbouw gebeurt als je de uitleg over het ‘dwarse DNA’ pas verderop in het gedicht deelt. Hij ‘hakt een wak in mijn woorden’ vind ik een prachtig beeld.

 

10 thoughts on “Tovertaal

Leave a Reply

Your email address will not be published.

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.