Leven in een verpleeghuis
We lopen een eindje om, halen bloemen bij de bloemenwinkel.
Ze geniet van het uitbundige lentegroen.
Als we even uitrusten op een bankje bewondert ze de bomen om ons heen: ‘Wonderlijk toch, hoe uit een klein takje zo’n prachtige boom groeit?’
Als we terug zijn en ze in haar stoel zit, kijkt ze de kamer rond.
‘Waar zijn mijn spullen?’
‘Dit is allemaal van jou mam.’
‘Maar ik had toch veel meer?’
‘Ja maar dat paste niet allemaal hier.’
Ze knikt. Dan: ‘Zijn dat mijn boeken?’
‘Ja.’
‘Maar ik heb veel meer boeken.
‘Ja dat klopt maar die konden niet allemaal in deze kast, een deel is bij Kees.’
Ze denkt na, schudt haar hoofd.
‘En de rest?’
‘Ik bewaar bij mij thuis ook een deel van jouw boeken. Als je wilt, neem ik er de volgende keer een mee.’
Tevreden knikt ze: ‘Doe dat maar.’
Als ik afscheid neem, glijdt er een traan over haar wang.
‘Mam, ben je verdrietig?’
Ze knikt.
‘Waarom ben je verdrietig?’
‘Om alles.’
22-4-2018
Verhalen in de categorie Verpleeghuisperikelen zijn, met hun toestemming, gebaseerd op ervaringen van anderen
Ontroerend en droevig, liefdevol ook, Cora.
Dankjewel Ellie. Ja, dat zit er allemaal in.